BRUSSEL – Door een berekeningsfout betaalde ieder van ons twintig jaar lang tientallen euro’s teveel aan de fiscus. De kans dat de Belgische belastingbetaler die centen ooit terugziet, lijkt echter bijzonder klein. Behalve als de regering Di Rupo spontaan terugbetaalt.
Voor veel belastingbetalers was het dit weekend even slikken. Volgens de Franstalige krant L’Echo berekent de fiscus al meer dan twintig jaar de personenbelasting op een verkeerde manier. En dit in het voordeel van de overheid.
Toch is de kans dat de Belgische belastingbetaler zijn geld terugziet verwaarloosbaar, blijkt uit een kleine rondvraag bij enkele fiscalisten en in regeringskringen. Hoe dat kan? Een overzicht in vijf vragen.
1. Wat is het probleem?
Sinds meer dan 20 jaar indexeert de fiscus de bedragen uit de code van de inkomstenbelastingen zonder rekening te houden met de officiële inflatiecijfers. De oorspronkelijke fout dateert van begin de jaren negentig, toen bij wet een nieuw indexeringssysteem werd ingevoerd.
Het departement Economie berekende de nieuwe belastingschalen toen wél volgens de regels. Namelijk op basis van de indexcijfers van 1988 én die van 1990, zoals de Nationale Arbeidsraad destijds adviseerde. Het departement Financiën deed dat niet en beperkte zich tot tot het indexcijfer van 1988. Wat in het nadeel was van de belastingplichtigen.
2. Is dat onwettig?
Daar bestaat discussie over. Volgens fiscale advocaat Werner Niemegeers wel. ‘Het is een afrondingsfout waarvan we de impact niet moeten dramatiseren, maar het is wél in strijd met de wet.’ Andere fiscale advocaten, waaronder Axel Haelterman, houden liever een slag om de arm. ‘Ik heb de teksten hier niet voor me en durf mij daar niet over uit te spreken. Dat wordt ongetwijfeld een kleine kluif voor advocaten.’
In regeringskringen lijkt men zich dan weer van geen kwaad bewust. Daar vindt men dat er in de media spijkers op laag water worden gezocht. ‘De belastinginkomsten hangen niet in het luchtledige. Zij worden elk jaar goedgekeurd door het parlement’, klinkt het in de wandelgangen.
3. Wat zijn de gevolgen voor de belastingbetaler?
De vergissing werd nooit rechtgezet, en dat heeft ervoor gezorgd dat de gemiddelde Belg al jarenlang te veel belastingen betaalt. Er is sprake van enkele tientallen euro per jaar. Vermenigvuldig dat met twintig jaar en je komt al snel tot een totaalfactuur van minimaal 500 euro.
4. Kan u dat geld terugeisen van de overheid?
In theorie wel. Maar slechts een beperkt bedrag en dat vanwege de verjaringstermijn. Een belastingplichtige heeft maar een beperkte periode om zijn aanslag te betwisten. Voor het indienen van een bezwaarschrift is dat slechts zes maanden, wat betekent dat u maximaal enkele tientallen euro op de belastingaangifte van 2010 kunt terugvorderen.
Een andere mogelijkheid is de ‘ambtshalve ontheffing’ inroepen, zeggen fiscale advocaten in koor, waardoor u tot vijf jaar kunt terugvorderen. ‘Maar loont zo’n zware procedure wel de moeite voor zo’n klein bedrag? Want ik kan u in dat geval al voorspellen dat de regering zal indekken door een wettekst goed te keuren die de lopende praktijk wettigt’, waarschuwt Haelterman.
5. Wat zijn de gevolgen voor de regering?
Financieel zijn de gevolgen beperkt. ‘Dit is een storm in een glas water en heeft veel weg van een politieke stunt’, vindt Nimmegeers. ‘Dit is klein bier in vergelijking met de onwettig hoge bedrijfsvoorheffing, waarbij de belastingplichtigen de overheid elk jaar een gratis lening geven van drie of vier miljard. Daar zou best eens over gepraat worden.’
Maar de regering loopt wel een reputatierisico. ‘Eigenlijk zou de overheid spontaan moeten terugbetalen. Anders dreigt er een geloofwaardigheidsprobleem. Een overheid moet zijn eigen wetten correct toepassen.’ Maar minister van Financiën, Steven Van Ackere (CD&V), hield zondag die boot af. ‘Ik heb nog geen kans gehad om dit dossier met mijn departement te bekijken.’